Update 2: Het mid-westen door met "De Tank" - Reisverslag uit Deadwood, Verenigde Staten van Jirry Pons - WaarBenJij.nu Update 2: Het mid-westen door met "De Tank" - Reisverslag uit Deadwood, Verenigde Staten van Jirry Pons - WaarBenJij.nu

Update 2: Het mid-westen door met "De Tank"

Door: Jirry

Blijf op de hoogte en volg Jirry

24 Mei 2018 | Verenigde Staten, Deadwood

Op dag vier van onze trip gingen we weer reizen in de puurste vorm van het woord. Na een verse kop koffie gingen we weer met al onze koffers naar het vliegveld van Boston. Het inchecken van de koffers was wat zuur, een van de koffers was namelijk te zwaar… Dit grapje van 100 dollar konden we nog net corrigeren, in deze koffer zat namelijk een tweede koffers, deze stond op de planning als leeg heen en vol terug (kapitalisme ten top, je gaat tenslotte naar Amerika). Die tweede koffer kon zelfs mee als hand bagage, dus dat scheelde al helemaal. Ik bedacht me om de koffer nog even te checken op vloeistoffen maar die konden we gelukkig niet vinden. Wat er bij de security check wel in bleek te zitten was een zakmes, tja, die ben je dan helaas kwijt…

De vlucht ging verder voorspoedig en na vier en half uur en een paar afleveringen A Series of Unfortunate Events waren we in Denver. Hier gingen we door naar de autoverhuur, dit duurde allemaal wat langer, maar, lang wachten wordt beloond. We hadden namelijk een mid-size SUV gehuurd maar de rij waar we onze auto moesten ophalen was helemaal leeg. Gelukkig werd mama snel vrienden met een vrouw die op het terrein auto’s op de juiste plek aan het zetten was. Free upgrade! We konden een luxe versie SUV uitzoeken en dat werd een Chevrolet Tahoe. Door ons ook wel omgedoopt tot “De Tank”. De witte SUV had heerlijke stoelen, een zonnedakje, was ongeveer twee meter hoog, waarschijnlijk ook iets meer dan twee meter breed en hierin konden we het mid-westen van Amerika in rondcruisen. Pap moest wel nog even wennen aan het feit dat de pook achter het stuur zat, de handrem een voetrem was en dat je met je linkervoet niets moet doen als je in een automaat rijdt. Maar we kwamen vooruit.

Onze eerste stop was een gigantische Wallmart om een coolbox gevuld met water en roadfood in te slaan. Na een korte anderhalf uur rijden kwamen we aan in Estes Park. De omgeving rondom ons hotel was al indrukwekkend te noemen en door de vallende regen ontstond er een super heldere regenboog in de verte. De regen was gestopt toen we eenmaal op zoek gingen naar eten. Bij een tentje wachtte een bacon advocado burger op me gecombineerd met een lokaal gebrouwen honing biertje. Met volle magen vielen we al snel in slaap na een dag vol gereis. We trokken ons wat dat betreft ook weinig aan van de 2 uur extra tijdverschil, we gingen gewoon om Boston bedtijd slapen (negen uur lokaal, dus elf uur in Boston).

Natuurlijk waren we daardoor veel te vroeg wakker de volgende ochtend, zeg een uurtje of zes lokale tijd. Die tijd konden we mooi besteden aan een goed ontbijt en het uitsorteren van onze koffers. Vervolgens was het lunch halen bij de Safeway (een supermarktketen, waar pap nog een bespaarkaart voor had van de vorige reizen) en door naar het bezoekerscentrum van het Rocky Mountains National Park. Na wat advies en souvenirs reden we het park in.

De eerste stop volgde al snel toen we een flinke waterval tegenkwamen. In de verte zagen we wat grote marmotten op een rots zitten die Zoë met haar nieuwe camera goed op de foto kon zetten. Ik begon meteen met het beklimmen van de rotsen in de buurt die ik benutte als een soort speeltuin. Onderweg kwam ik een groene kolibrie tegen en vanaf daar zag ik het punt waar ik naartoe wilde klimmen. Zo kon ik goed uitkijken op de kletterende waterval en het prachtige landschap daaromheen. In de verte zag ik mijn moeder die een poging deed om mij te volgen totdat het te rotsig werd voor haar. Het was wel heerlijk om weer midden in de natuur te zijn na het stadse Boston. Ik stond even te genieten toen ik vanaf mijn rots uitkeek op de grasvelden omringd door de beboste bergen.

Voordat iemand ongerust werd klom ik maar weer naar beneden waarna we verder reden naar een picknick gebied. Hier gingen pap en ik een stukje de berg op om een waterval te bekijken terwijl mama en Zoë bij de auto bleven. Halverwege de klim hadden we al een prachtig uitzicht, nog net ietsje mooier dan vanaf mijn eerder genoemde rots. Bijna bij de waterval lag er één van die grote marmotten (op het eerste gezicht zou je zeggen dat het een bever is) op ons pad. Hij lag muisstil, net aan de rand van het pad toen hij ons zag. We konden langzaam dichterbij komen terwijl hij steeds alerter op ging staan (we moesten er toch langs). Op ongeveer vijf meter dook hij de bossen weer in aan de kant van de weg, waarna wij onze tocht vervolgden.

Na nog een flink steil stuk kwamen we uit bij het watervalletje. Dankzij de smeltende sneeuw kwam hier een behoorlijk significante hoeveelheid water naar beneden. Door een paadje naar beneden te volgen kregen we uiteindelijk een goed zicht op de waterval die Chasm Falls heet omdat deze tussen een kleine kloof naar beneden stroomde. Op onze weg de berg weer af kwamen we dezelfde marmot weer tegen, hij wachtte ons op denk ik, toen hij het pad overschoot en in de wildernis verdween.

Eenmaal beneden was het tijd voor een lunch en daarna reden we het park verder door. We waren al een paar herten tegen gekomen (wapiti herten om precies te zijn, in het Engels Elk deer) tijdens onze autorit. Dit was steeds in de verte achter de bomen maar nu hadden we geluk! Er zaten er wel een stuk of twintig op een afstand van zo’n tien meter! Een hele meute inclusief mannetje met imposant gewei lag onder een boom te relaxen en verderop in de bossen lagen er nog een hoop. We dachten dat we super dichtbij waren maar nadat we doorreden liepen er nog eens drie te grazen op zo’n twee meter van de auto. Dat we later wapiti-moe zouden worden wisten we nog niet, maar voor nu was dit een hele bijzondere ervaring.

Na de hertengekte hebben we nog twee meren bezocht. Als eerste Sprangue Lake waar ik met Zoë een rondje omheen heb gelopen. Het was nog steeds mooi weer dus het meer was zo glad als een spiegel en met in de verte de besneeuwde Rocky Mountains was het plaatje helemaal compleet. Ondertussen had een hert, dat onder wat bomen vlak bij het water zat, het op een lopen gezet. We zagen hem in de verte door het meer heen lopen en met een tak spelen. Kennelijk stond pap hier vlak naast toen het hert daarna het pad overstak en in de omringende bossen verdween. Toen gingen we door naar het tweede meer, Bear Lake, welke op bijna drie kilometer hoogte zat. Hier lag gewoon nog sneeuw! Toch bijzonder om in je t-shirtje met een goed zonnetje over de sneeuw te moeten lopen omdat deze je pad blokkeert. Echter hadden mams en zuslief het met de ijle lucht vrij snel gehad. Het was ook alweer tegen vieren dus tijd om nog even te relaxen in de hotelkamer en daarna een pizza en lokaal gebrouwen IPA weg te werken voor het slapen gaan.

Voordat we de volgende ochtend weer op pad gingen naar een stadje genaamd Deadwood moesten we even tanken. Er ging zo’n 70 liter in de tank (dit is een woordgrap) terwijl deze nog verre van helemaal leeg was. Met een kleine berekening kwamen we erachter dat deze massieve Chevrolet van ons dus ongeveer één op vijf rijdt. Gelukkig is de benzine hier met zo’n 63 cent per liter niet al te duur…

Vanuit het bergachtige landschap van de staat Colorado reden we daarna door de graslandschappen van Wyoming door naar de staat South Dakota. Onderweg kwamen we wat koeien en hertjes tegen, hertjes van het merk Pronghorn (in het Nederlands ook wel Gaffelbok genoemd). Verder was er eigenlijk vooral heel veel niks, behalve heel af en toe een dorpje welke stuk voor stuk rechtstreeks uit een western film hadden kunnen komen. Ook zagen we een aantal treinen langs kruipen met wel minimaal vijftig wagons die kool transporteerde, dat zie je thuis ook niet elke dag. Na zeven uur Amerikaanse highway en interstate kwamen dan eindelijk aan in Deadwood, in de Black Hills in het westen van South Dakota. Er wonen maar liefst 1280 mensen en het stadje dankt zijn naam aan de omringende dode bossen die de kolonisten hier aantroffen al die jaren geleden.

We zaten in een groot hotel en omdat het al vrij laat was gingen we eten bij het restaurant op de begane grond van het hotel. Om hier te komen moesten we door het casino gedeelte, welke natuurlijk heel slim geplaatst was want het zat vol met gokkende Amerikanen. Klein was het casino overigens niet, ongeveer net zo groot als de begane grond van het Holland casino in Breda, misschien nog wel een beetje groter. Aan de andere kant valt deze vergelijking straks in het niet wanneer we in Las Vegas zijn natuurlijk. De whisky marinated sirloin steak heb ik met groot afzien op moeten eten die avond en ik denk dat ik hiermee deze blog maar weer afsluit want ik zit alweer op exact twee kantjes. Hoop dat jullie het weer wat vonden!

  • 01 Juni 2018 - 07:38

    Marga:

    Gewoon fantastisch en zo gezellig om te lezen, je had schrijver moeten worden ha ha

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jirry

Actief sinds 04 Jan. 2013
Verslag gelezen: 389
Totaal aantal bezoekers 165006

Voorgaande reizen:

11 Juli 2023 - 16 Augustus 2023

Huwelijksreis

01 Juli 2021 - 31 Mei 2023

Duikvakanties

23 Juli 2022 - 13 Augustus 2022

Cambodja 2022

01 Augustus 2021 - 20 Augustus 2021

Backpacken door Griekenland

15 Juli 2020 - 24 Juli 2020

Kasteeltjestour 2020

20 Juli 2019 - 14 Augustus 2019

Roadtrip door voormalig Joegoslavië

18 Juli 2018 - 04 Augustus 2018

Backpacken met m'n lief: Nepal

19 Mei 2018 - 14 Juni 2018

Amerika reis met paps en mams

12 Oktober 2016 - 24 December 2016

The Epic Jirry Journey

23 Juni 2014 - 25 September 2014

Stella reisjes

11 Juli 2014 - 20 Juli 2014

Leipe trips

03 Januari 2014 - 12 Januari 2014

Skivakanties

20 Augustus 2013 - 02 December 2013

Australië en meer

04 Januari 2013 - 26 Maart 2013

Stage in Florianopolis, Brazilië

Landen bezocht: