Update 4: Van zeebenen naar eilandleven - Reisverslag uit Puerto Ayora, Ecuador van Jirry Pons - WaarBenJij.nu Update 4: Van zeebenen naar eilandleven - Reisverslag uit Puerto Ayora, Ecuador van Jirry Pons - WaarBenJij.nu

Update 4: Van zeebenen naar eilandleven

Door: Jirry

Blijf op de hoogte en volg Jirry

18 Juli 2023 | Ecuador, Puerto Ayora

We werden voor de derde ochtend op rij wakker op ons schip in het paradijs. De eerste excursie van de dag begon al om zes uur, dus deze twee zaten om half zes al klaar voor de zonsopgang. De zon kwam op achter het eiland, dus helaas niet de pracht en praal die we verwacht hadden. Wel een schildpad die ergens tussendoor een hapje adem kwam halen, wat vissen die uit het water sprongen en pelikanen die naar ze hapten. Toegegeven, als we niet al zo verwend waren, was dit alleen al ultiem geweest. De zodiac zette ons vandaag af op het zwarte strand Puerto Egas op het eiland genaamd Santiago. De vogeltjes begonnen te fluiten en ons te onderzoeken.


Als eerste een paar Galapagos spotvogels en een havik die verderop op de vuurtoren zat. Het zonlicht bracht steeds meer kleur op het eiland, toen nog twee gele vogeltjes ons nieuwsgierig kwamen bekijken. Weer bij de kust stonden we op lava gesteente. Hier had een andere soort waterleguaan zijn thuisbasis. Deze waren niet compleet zwart, maar hadden rode tinten op hun lichaam. De gids Roberto wees ons op diverse krabben die hun omhulsel hadden verlaten. Wanneer ze letterlijk uit hun schulp groeien, verlaten ze hun harde buitenlichaam door er aan de achterkant uit te kruipen. Van binnen tonen deze schillen een vezelachtige structuur. De mannetjes waren te herkennen aan een driehoekje op de onderkant van hun schil.


Meer richting het water liepen twee Amerikaanse oestervangers rond. Met hun iconische rode snavel pikten ze in de lavastenen, op zoek naar voedsel. In het zand kwam een spotvogeltje mij van dichtbij bekijken. Hij sprong op tientallen centimeters van mijn voeten rondom me heen. Waar de lava een soort van baai vormde, zat weer een horde leguanen op de wat hogere rotsen. Sporadisch vertrok er eentje met zijn krokodillen zwemslag naar de open zee. Er waren grote kraters ontstaan in de lava, wat tot een paar kleine bruggen over de zee had geleid. Onder één van deze natuurlijke bouwsels lag een zeebeer te slapen. Het leven zat hier in elke hoek en onder elke steen.


Helaas verstapte ik me bij het opstappen op de zodiac. Iets met slippers en een gladde, scherpe lavasteen zorgde ervoor dat ik m’n hiel licht open haalde. Gelukkig mocht ik nog wel met de haaien gaan snorkelen! Onderweg naar Sombrero Chino vonden wat fregat vogels het grappig om wat Europeanen onder de poepen. Wij zaten gelukkig even overdekt. De omgeving van het volgende eiland was al prachtig. Vernoemd naar zijn vorm leek het eiland inderdaad op een Chinees hoedje. Hoewel ik zelf eerder Vietnamees zou zeggen. Diverse kleine rotsachtige eilanden en het grotere Santiago eiland gevuld met lava en cactussen zorgde voor 360 graden aan schoonheid. Maar de schoonheid zit vaak ook onder water, zoals we ondertussen zo goed weten.


Het zicht was hier echt uitstekend, dus dit werd weer snorkel genieten. Sandra had vrij snel een witpunt rifhaai gevonden, maar de rest van de groep (inclusief Jirry) was te laat. Niet veel later zag de gids er eentje die op vier meter diep rond zwom. Zeker twee meter lang en het beest bewoog magisch zoals alleen haaien dat kunnen. Sandra vindt dat ze zwemmen als vissen, maar daar ben ik het toch niet mee eens. Ik was te laat om mijn camera aan te zetten en te filmen, dus dan maar lekker genieten.


Niet veel later kwam er een adelaarsrog langs zwemmen. Op Bonaire hebben we er een keertje eentje wat verder van ons weg gezien tijdens het duiken. Nu was hij stik dichtbij. Hij draaide zelfs om, om nog een tweede vlucht langs ons heen te maken. Magisch hoe hij langs ons zweefde, met een schijn alsof het geen enkele moeite kostte. Zijn “snavel” en witte vlekken op zijn grijs/blauwe rug waren perfect te zien. Een stukje verder spotte Sandra opnieuw een witpunt haai die op de bodem aan het rusten was. Die adelaarsrog leek speciaal, maar een tweede verscheen al snel. Een kleine derde weer een paar meter verder, naast de grootste tot nu toe. Mama en haar kroost.


We zwommen daarna door grote scholen vissen. Prachtig gekleurde papegaaivissen groter dan we ooit hadden gezien. Maar we moesten af en toe ook even boven water kijken. Het hoedjes eiland met aan de andere kant van dit kanaal het Santiago eiland. Deze was begroeid met cactussen, waartussen zwarte stroken lava liepen. Een pelikaan die vlak over ons heen vloog, kon ook niet ontbreken. Wat volgde waren rotsen waar witpunt rifhaaien zich onder verstopt hadden. De rotsen waren bezaaid met kleurrijke zeesterren. In een hoekje zat een donkerblauwe kogelvis met witte stippen die ook nog eens opviel. Wat is het onderwaterleven hier toch geweldig.


Weer aan boord konden we ons omkleden voor een wandeling op Sombrero Chino. Vanaf hier hadden we mooi uitzicht op het kanaal waar we net gesnorkeld hadden. De kleur van het water was hier prachtig, zoals je zou verwachten van een paradijs. Het eiland zelf bestond weer uit zwarte lavastenen, maar dan opgevuld met wit zand en groene en rode begroeiing. Hier waren wat lavatunnels zichtbaar. Half opengebroken en natuurlijk zwart van kleur. Tig jaar geleden was dit een route voor de magma die het eiland gevormd heeft.


Bij een wit strandje waren drie zeeleeuwen een waterleguaan aan het pesten. Ze trokken aan zijn staart om hem telkens terug in het water te krijgen. Het duurde letterlijk minuten tot de leguaan gewonnen had en weer veilig uit het water was. Nu begonnen de zeeleeuwen te tollen in het water en kwamen onze kant op. Ze zochten nieuw vermaak! Ze hopten het water uit tot ze letterlijk centimeters van ons vandaan waren. Ik moest er gewoon een sprong voor achteruit doen. Heel de tijd blaften ze naar ons, alsof ze ons speels van het witte strand wilden pushen. De grootste had ook een lichaamstaal die dit uitstraalde. Borst vooruit, dit is mijn strand. Tot ze neerploften om verder te gaan met zonnebaden. Op de achtergrond doken er net een paar pinguïns het water in. Het voelde ondertussen bijna normaal allemaal.


We liepen nog een stukje verder tot het zuidelijkste stukje van het eiland. Dit was het einde van het kanaal en hier sloegen de golven hard tegen de lavastenen aan. Na een wandeling terug naar de opstap kwamen de zodiacs net aan om ons op te pikken. Deze brachten ons nog naar de overkant van het kanaal. Hier zaten meerdere pinguïns op de rotsen te poseren. Prachtig met het Sombrero Chino eiland op de achtergrond.


Op de Golondrina was het ondertussen tijd geworden voor de vaarwel cocktails. Met een klein hapje erbij namen we afscheid van de bemanning. We vroegen onze gids nog wat tips voor onze dagen op Santa Cruz. Hier hadden we nog vier nachten in een hotel en zouden we twee dagen gaan duiken. Man, daar hadden we nu dankzij dit snorkelen extra veel zin in. Het beloofde heel veel, verwachtingsmanagement was niet echt meer mogelijk helaas.


De eerste week van onze huwelijksreis was ondertussen verstreken. Doordat de boot op de laatste avond weer alle kanten op bewoog, hadden we besloten om in de ochtend in te gaan pakken. Eén voor één ook, want de ruimte in onze kajuit was verre van enorm. Weer aan land werd het al snel duidelijk dat we ondertussen zeebenen hadden gekregen. De deining van de boot compenseren bleef ook op het droge een ding.


Als laatste excursie van onze cruise gingen we naar het Charles Darwin Research Center. Onderweg passeerden we een vismarkt, waar een zeeleeuw aandachtig mee zat te kijken naar een vrouw die een vis aan het slachten was. Zijn kop stak af en toe net boven haar tafel uit, brutaal op zoek naar een hapje. Achter hem een nette rij van pelikanen, die ook wel trek hadden. Het deed ons denken aan onze kat Mupke, die ook altijd de grenzen van het snaaien op zoekt. Nadat we de gids weer ergens kwijt raakten, gingen we uiteindelijk in een goed brandend zonnetje de Charles Darwin Avenue over. Deze was bezaaid met cafés, restaurants en souvenirwinkeltjes.


Het educatieve stuk begon bij een wandeling langs wat informatie borden. Deze plek is gemaakt voor onderzoek om de Galapagos eilanden zo mooi te houden als ze zijn. Het uitzetten van een bepaald type lieveheersbeestjes bijvoorbeeld, om niet inheemse insecten uit te roeien. Dit kon dan weer omdat de lieveheersbeestjes alleen dit soort insect aten en daarna weer uit zouden sterven. Maar de meest aanwezige bijdrage hier waren de landschilpadden.


Deze schildpadden werden vanaf vijf eilanden hier naartoe gehaald om de populaties weer te laten groeien richting originele aantallen. De eieren worden opgeslagen in speciale broedkasten. Broedkasten die warm worden gehouden met behulp van een föhn. Met de temperatuur van de eieren kan men bepalen of het een mannetje of een vrouwtje wordt. Met 28 graden wordt het een mannetje. De vrouwtjes hebben het graag iets warmer met 29,5 graad. En toch blijven die vrouwen koukleumen he. Na vijf jaar worden de landschildpadden na een quarantaine weer afgezet op hun originele eiland.


De Galapagos eilanden zijn geen dierentuin, maar tien keer beter dan dat. Toch voelde dit stukje even aan als een dierentuin. We liepen langs de hekken van de verblijven van schildpadden van een jaar of drie. Daarna volgden de echte kleintjes van enkele maanden, die ergens dit jaar hier naartoe waren gehaald. Het eindigde met de enige echte Saddleback Tortoise.


Deze komen alleen voor op een paar van de eilanden. Dankzij hen hebben deze eilanden hun naam gekregen. Ze hebben een langere nek dan de landschildpadden die we al gezien hadden. Dit omdat ze op hun eilanden weinig vegetatie hebben die laag aan de grond zit. Zodoende komt hun lange nek goed van pas om takken kaal te plukken. De voorkant van hun schild is precies zo gevormd om de lange nek de ruimte te geven. Denk qua vorm letterlijk aan een zadel. Waarvoor het Spaanse woord Galapagos is. Ze zagen er uit alsof je er zo op kon klimmen. Dan je benen langs de voorkant van het schild leggen en de top van de voorkant van het schild tussen je benen.


Helemaal uniek waren de twee mannetjes die het paren aan het oefenen waren. Althans, één van de twee was het aan het oefenen. Inclusief een oprecht traag klinkend gekreun. Het was gaaf om deze dieren te kunnen zien, ook al was het niet in het wild. Het waren toch wel echt iconen. Het grootste icoon was Lonesome George. De allerlaatste zadelrug schildpad van het eiland Punta. In 1907 werd gedacht dat zijn soort uitgestorven was, maar in 1972 werd het tegendeel bewezen. Er is hard gezocht naar een vrouwtje voor George, maar dat is helaas niet gelukt. In 2012 overleed hij en daarmee was zijn soort nu toch echt uitgestorven. Treurig genoeg was zijn soort de vierde, met nu nog maar elf soorten landschildpadden hier op de Galapagos. De uitgestorven soorten waren lichter en daardoor voor piraten en walvisjagers makkelijker mee te nemen. Landschildpadden kunnen namelijk 6 tot 12 maanden zonder eten en drinken, waardoor de mensen op het schip vers voedsel hadden onderweg. Lonesome George was nu opgezet in een klimaatkamer, een treurig gezicht.


Hierna waren we vrij om het museum te verkennen. De airco was wel even lekker en de informatie was interessant. Zo interessant dat we tijd vergaten, terwijl we onze koffers nog op moesten halen in de haven. Slechts tien minuten te laat, lag alles gelukkig nog op de pier. Hier kwamen we Roberto nog tegen. Hij had nog wel plek voor de tour naar de highlands van Santa Cruz. De cruise zou er namelijk slechts twee mensen bij krijgen en dit als eerste activiteit gaan doen. Dit kwam uitermate mooi uit.


We konden gelukkig vroeg inchecken in ons hotel en genoten meteen van de zeeën aan ruimte die we hadden. Heerlijk om je kont te kunnen keren zonder de ander aan te stoten. De lunch liet lang op zich wachten. Ik zag het zelf als eiland tempo in een land waar het tempo sowieso al niet hoog ligt. Voor eerst in mijn leven mijn vrouw die hangry werd, kon dat ook weer van de bucketlist. Het was trouwens een flink Amerikaans diner, wat er goed in ging. We hadden nog even de tijd om in te checken bij het duikcentrum en waren op tijd weer bij de pier.


Hier verwelkomde Roberto en het Noorse gezin ons. Ze hadden er maar twee passagiers bijgekregen, dus het was een klein clubje. De overige passagiers van onze cruise waren ondertussen hun eigen weg gegaan. Na een half uurtje met de bus gingen we een lava tunnel in. Deze was een stuk groter dan degene die we gister al gezien hadden. Het hoogste stuk was misschien wel acht meter hoog. Het smalste stuk in het midden was met een halve meter hoogte lekker kruipen. Toen we erin gingen, schoot het licht net uit, wat een spooky begin gaf. We gingen er echter iets te snel doorheen wat ons betreft.


De volgende stop was een ranch. 97% van dit eiland was nog wild en nationaal park, wat dus nog 3% over liet voor de mensen. Naast de dieren die op de ranch gehouden werden, stikte het er van de schildpadden. Vroeger werden ze verjaagd. Maar nu men de extra inkomsten van de toeristen vangt, worden ze omarmd. Voor de foto kroop ik één van de lege schilden van de enorme beesten in. Ik paste er, gemakkelijk zou ik niet zeggen, prima in. De eerste schildpad die we tegen kwamen, was gigantisch en waarschijnlijk meer dan honderd jaar oud. Er volgde eentje met wat begroeiing op zijn schild, die ondertussen een bad nam in een modderpoel. Met daarnaast wat eendjes die zowaar een keer kleiner waren dan thuis.


Terug bij de haven namen we afscheid van onze medereizigers en Roberto. Even uitrusten met wat chippies en daarna lekker uit eten. Het restaurantstraatje van Puerto Ayora had een flinke tentoonstelling van dode vissen. Duidelijk totaal niet ons ding, dus hier liepen we snel doorheen. We kwamen het Nederlandse stel van de cruise daar nog even tegen. Naast ons hotel kwamen we uiteindelijk iets gezelligs tegen en het werd Aziatisch die avond. Echt Ecuadoriaans eten was hier nauwelijks te vinden.


Een avondwandeling terug naar de kade bracht nog wat wild leven met zich mee. Twee zeeleeuwen waren in het water aan het stoeien. Aan de andere kant van de pier was er eentje aan het dobberen en relaxen. Vier lagen er op de kade alsof ze de eigenaars waren. Wat ons betreft waren ze dat ook. Het licht onderaan de kade trok meerdere vissen aan, die op hun beurt helaas voor hen weer zwartpunt rif haaien aantrokken. Als nachtjagers waren ze druk in de weer. Ze waren niet groter dan een halve meter. Hopelijk zouden we ze morgen wat groter zien, eindelijk duiken!!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jirry

Actief sinds 04 Jan. 2013
Verslag gelezen: 208
Totaal aantal bezoekers 165023

Voorgaande reizen:

11 Juli 2023 - 16 Augustus 2023

Huwelijksreis

01 Juli 2021 - 31 Mei 2023

Duikvakanties

23 Juli 2022 - 13 Augustus 2022

Cambodja 2022

01 Augustus 2021 - 20 Augustus 2021

Backpacken door Griekenland

15 Juli 2020 - 24 Juli 2020

Kasteeltjestour 2020

20 Juli 2019 - 14 Augustus 2019

Roadtrip door voormalig Joegoslavië

18 Juli 2018 - 04 Augustus 2018

Backpacken met m'n lief: Nepal

19 Mei 2018 - 14 Juni 2018

Amerika reis met paps en mams

12 Oktober 2016 - 24 December 2016

The Epic Jirry Journey

23 Juni 2014 - 25 September 2014

Stella reisjes

11 Juli 2014 - 20 Juli 2014

Leipe trips

03 Januari 2014 - 12 Januari 2014

Skivakanties

20 Augustus 2013 - 02 December 2013

Australië en meer

04 Januari 2013 - 26 Maart 2013

Stage in Florianopolis, Brazilië

Landen bezocht: