Update 2: Aapjes, lokale bussen en Patan - Reisverslag uit Kathmandu, Nepal van Jirry Pons - WaarBenJij.nu Update 2: Aapjes, lokale bussen en Patan - Reisverslag uit Kathmandu, Nepal van Jirry Pons - WaarBenJij.nu

Update 2: Aapjes, lokale bussen en Patan

Door: Jirry

Blijf op de hoogte en volg Jirry

21 Juli 2018 | Nepal, Kathmandu

Onze eerste nachtrust in Kathmandu was meer dan prima en met bijna tien uur slaap op de klok waren we nog mooi op tijd wakker voor het ontbijtje. Met goed gevulde magen begonnen we te lopen richting de Swayambhu tempel. De wijk Thamel waar we verbleven was een echt backpackersgebied. De souvernirwinkeltjes en meer westere eettentjes waren in de wijk waar we nu doorheen liepen echter niet te bekennen. De winkels waren meer voor Nepalezen zelf en we waren nog niemand tegengekomen die ons een tour wilde aanbieden.

Na een goed uur wandelen zagen we de Stoepa van de Swayambhu tempel in de verte verschijnen. De Stoepa torende uit bovenop een berg. Ohja, dat hadden we dus niet verwacht, klimmen dan maar. Aan de voet van de driehonderd stenen traptreden stonden we tussen de Boeddha beelden en de aapjes moed te verzamelen. Die aapjes waren wel bijzonder schattig, baby's die aan de buik van hun moeder meeliften en kleintjes die maar net durfden te gaan slingeren in de kleurrijke vlaggetjes die overal hingen.

Halverwege de klim stonden nog drie grote Boedhha beelden met daar omheen treden in paren van drie of vijf stuks. Vanaf hier werd de trap een stuk steiler maar eenmaal goed doorgezweet boven konden we genieten van het uitzicht over de Kathmandu vallei. Het was die dag bijzonder zonnig dus het zicht was ook echt goed. Maar het ging natuurlijk allemaal om de grote tempels die op deze berg stonden. De grote Stoepa (zie voor een beschrijving hiervan mijn vorige blog) was het centrale punt, omringd door allerlei pagoda's. De bekende vlaggetjes liepen van de top van de Stoepa naar de uithoeken van het tempelcomplex toe. De Stoepa keek met zijn vier alziende ogen naar alle windrichtingen en aan de voet van de Stoepa stond bij elke windrichting een Boedhha beeld. Tussen al deze beelden stonden tig gebedsmolens, die ook wij even een draai gaven nadat we een kaarsje hadden aangestoken.

Op onze tocht terug naar beneden kwamen we nog wat Chinezen tegen die het een goed idee vonden om de aapjes wat chips te voeren. Gelukkig behield iedereen hun handen en voeten en de Chinezen waren tevreden met het etende aapje op de foto. Na wat onderhandelen met taxi's (waaronder weglopen omdat we de prijs te hoog vonden, waarna hij ons een paar meter verder weer kwam opzoeken, maar iemand anders was uiteindelijk toch goedkoper) bevonden we ons in de wijk Teku aan de Bagmati rivier. Een plaats waar met enige regelmaat zowel crematies als slachtingen plaatsvinden. We hebben hier niks van gezien en ook geen enkele toerist. Het was wel bijzonder leuk om tussen al deze huisjes met golfplatendaken gemixt met kleine tempeltjes langs de rivier te lopen. Geheel romantisch was dit beeld echter niet, dankzij al het vuil dat zich op de rivieroevers had opgestapeld en het verlaten, spookachtige reuzenrad aan de overkant van het water.

We werden op deze route zo nu en dan raar aangekeken maar we werden ook vaak genoeg met een vriendelijke glimlach en een "namaste" begroet. Waar we bijzonder welkom waren, was bij een groep mannen die zittend bij één van de tempels shantra's aan het zingen waren. We mochten ervoor gaan zitten en kijken, we mochten erbij gaan zitten, we mochten doorlopen, maar wees vooral welkom. Althans, dat gevoel gaven ze ons. We hielden het bij staand toekijken en een rondje over de binnenplaats waarna we richting de grote weg liepen, weg van de rivier. Die hoofdweg was net een Gamma; gereedschappen, badkamerkranen en motorolie, er stond van alles. Tussen deze doe-het-zelf zaakjes in zaten we te schuilen voor de dit keer wél heftige regenbui. Gelukkig blijft het mierenhoopachtige, voorbijrazende verkeer in zo'n stad als deze een mooi schouwspel als tijdverdrijf.

Onze magen knorden behoorlijk toen we door de motregen verder liepen. We stopten bij het smalste restaurantje wat we konden vinden, de Nepalezen keken ons weer raar aan, maar we waren tegelijkertijd ook meer dan welkom. Op handen en voeten en naar plaatjes wijzend bestelden we een bordje momo, een typische Nepaleze snack. Bolletjes van gekruide kip en groentes in deegballetjes, ze lijken behoorlijk op Chinese dumplings. Vanaf dit punt, waren we momo-fans, echt heerlijk!

Op een toeristenkaartje wat we bij ons hadden zagen we nog het paleis genaamd Singha Durbar staan, onze volgende bestemming. We hadden eigenlijk geen idee wat het was maar we hadden nog energie en de route was wel weer bijzonder. We kwamen langs ruïnes van tempels waarnaast apen door de elektriciteitskabels klommen en gingen ook door een heus winkelcentrum. We staken over, over brede kruispunten die geregeld werden door verkeerspolitie, want de stoplichten die hier en daar hingen heeft volgens ons niemand ooit zien functioneren. Het paleis was uiteindelijk wel mooi, maar het stond in de steigers en omdat het een actief overheidsgebouw was konden we het niet van dichterbij bewonderen.

Op zoek naar een taxi terug stuitten we uit het niets op een ondergrondse bazaar waar we een paar slippers kochten voor nog geen anderhalve euro, zonder afdingen, want dat voelt voor zulke belachelijke bedragen toch wat wrang. Nu we alles zo optelden kostte de dag tot nu toe eigenlijk nauwlijks iets, we zaten rond de twaalf euro totaal voor tempelentrees, taxi's, boodschappen, lunch, behoorlijk betaalbaar dus. Terug in Thamel dwaalden we nog even door wat gangetjes die smaller en smaller werden maar met de hulp van wat vriendelijk wijzende Nepalezen bleek de weg naar het hostel steeds om de hoek. Dankzij de regen was de stroom in het hostel uitgevallen, maar een koude douche was in dit geval ook prima en we konden door de ontstane koelte even bijkomen onder de tantrische lasgeluiden van de overburen.

We probeerden op onze zoektocht naar eten de Westerlingen weer te vermijden en dat was ons bijzonder goed gelukt op een rooftopbar midden in Thamel. Wederom die nieuwsgierige blikken, het was onderhand een thema geworden, maar we werden ook hier weer met open armen ontvangen toen de andere gasten ons het laatste vrije tafeltje aanwezen. We zaten lekker buiten terwijl het binnen goed los ging bij een bandje dat wat live muziek de zaal inslingerde. Hoe deze Nepalezen helemaal uit hun dak gingen was voor ons een attractie op zich en wij waren dat volgens mij ook zoals we door de Nepalezen ongegeneerd aangestaart werden. Om ons heen zaten duidelijk Nepalezen die we op straat niet zo gezien hebben, de haren zaten bijzonder netjes, blousje aan, ze pakten netjes uit. Toen onze cocktails er waren was de zitplek op het terras wat beperkt, wat dus inhield dat de stoelen via het dak boven ons naar beneden getild werden. Het eten was overigens weer top, Sandra had een mixbordje met allerlei kleine Nepaleze gerechten en ik zat aan Indische linzensoep. De keuken hier blijft ons op een positieve manier verbazen.

De volgende ochtend lukte het de wekker niet om ons te wekken, kennelijk zijn we nog steeds aan het bijkomen van de vliegreis naar Nepal. We hadden al het gevoel dat dit dag zes of zeven was, maar in werkelijkheid was dit dus net dag drie! Na het ontbijt begon onze jacht naar een lokale bus. We wisten het busstation waar vandaan alles zou moeten vertrekken en we hadden van het hostel nummer 26 meegekregen. We wilden die dag naar Patan (één van de drie koningsteden van Nepal, samen met Kathmandu en Bakthapur) en bij het busstation begon het al lekker. We spraken de eerste buschauffeur aan en die wees naar de bus voor hem, dit gebeurde vervolgens nog twee keer tot een minibusje ons voor 300 roepies wilde brengen. We hebben het hier over iets meer dan een euro per persoon, maar we vonden de prijs belachelijk want wij wilden die lokale bus voor 30 roepies!

Nee, we hoefden het niet voor het geld te doen maar natuurlijk voor de ervaring. En een ervaring, dat was het zeker. Na het minibusje afgewezen te hebben liepen we naar de overkant van de straat waar een Engelssprekende Nepalees ons wist te vertellen dat we fout zaten en naar Zamal moesten. Hij kon ons vervolgens niet te vertellen welke windrichting we dan op moesten, maar afijn. Licht verdwaasd liepen we terug en we zagen ergens in de verte nog wat bussen. Daar moest het vast zijn! We stuitten op een, tja, ik denk dat ik het geen busstation meer kan noemen, eerder een mierenhoop of een rangeerterrein waar toevallig ook mensen op en af konden stappen. Er was geen touw aan vast te knopen wat waar wanneer heen ging maar bij elke bus die begon te rijden sprong er wel een Nepalees naar binnen. Kennelijk was er dus wel een systeem.

Vooraan de rij bussen kwamen twee Nepalezen verlegen vragen of ze ons konden helpen. Er begon ons nu op te vallen dat we heel dat Patan verkeerd uitspraken, want we werden telkens als we het vroegen lichtjes uitgelachen. Pá-tan werd al iets beter verstaan, maar we werden nu naar de rechterkant van het terrein gestuurd waar we eigenlijk niks wijzer werden. Opnieuw bood er iemand bulp aan en die riep weer een ander die ons wel de weg zou wijzen. We werden buiten het busstation geleid en de jongen die voor ons liep was druk aan het bellen maar keek eigenlijk niet naar ons om. Als schaapjes liepen we maar gewoon achter hem aan, want ja, wat konden we anders doen? Even dachten we nog dat hij een taxi voor ons aan het regelen was, iets waar we ondertussen ook wel genoegen mee zouden nemen, ofja, in ieder geval ik. De jongen stopte en wees verder vooruit, daar stonden weer een paar bushaltes. We bedankten hem en toen volgde het, een bordje met het magische nummer 26. Het Nepalese cijferrijk werkt alleen heel anders, dus 26 leek op onze 26 maar mogelijk was het dat helemaal niet. We vroegen het de dichtsbijzijnde buschauffeur en die wees naar de bus voor hem. Ook dit ging weer precies zoals eerder, buschauffeur twee wees naar de volgende en voordat we op deze wijze Patan te voet hadden bereikt besloten we om nog tien minuten bij bushalte 26 te wachten en anders een taxi te pakken. We stonden er net luttele seconden toen er een bus aankwam. Geen nummer 26 op de voorkant, maar wel, eindelijk succes!! Voor 30 roepies waren we op deze avontuurlijke wijze in de kleine stoeltjes die afgesteld waren op Nepalezen beland in Patan.

Via de westelijke stadspoort liepen we de stad binnen voor een wandelroute naar het Durbar plein. Langs een tempel gebouwd voor de Hindoe-god Ganesh kwamen we bij Pim Bahal Pokhari, een rustig binnenplaatsje. Deze was gevuld met een meer met in het midden een tempeltje, achter de loopbrug naar deze stempel was een kleine Stoepa te zien. Hier begon al een stukje sereenheid, want het was hier zoveel rustiger dan het hectische Kathmandu! Dat was echt een verademing, letterlijk ook, want ik was niet continu de combinatie van veel opwaaiend stof en uitlaatgassen aan het ophoesten.

In de straatjes waren vrijwel alle huizen versierd met prachtige houten kozijnen. De houten toegangsdeurtjes waren net zo mooi om te zien maar waarschijnlijk nog geen anderhalve meter hoog. Via smalle zijweggetjes waar we onze hoofden eenvoudig konden stoten kwamen we langs een binnenplaats waar Nepalese jongetjes druk aan het voetballen waren vlakbij allerlei tempeltjes en Boedhha-beelden. Uiteindelijk kwamen we aan bij Kwa Bahal, de gouden tempel.

De buitenkant van de tempel was al erg indrukwekkend, met lange goude slierten die vanaf de top op ons afkwamen. Deze Pataka dienen als glijbanen voor de goden om naar beneden af te reizen en de gebeden te aanhoren. Van binnen was de tempel al helemaal een schouwspel, natuurlijk veel goud, in de vorm van bellen, draken, leeuwen, olifanten, apen, Boedhha-beelden maar ook beelden van verschillende Hindoe-goden. Na een glimp genomen te hebben in de meditatieruimte namen we de oostenlijke uitgang naar de volgende bestemming.

Bij de Kumbeshwas tempel hoorden we op de binnenplaats hetzelfde gezang als we de dag ervoor in de wijk Teku meegemaakt hebben. Weer iets nieuws waren de grote kommen met brandende kaarsen die door verschillende vrouwen op hun hoofd een tempel werden uitgedragen. Voor de tempel werden deze kommen vervolgens neergezet wanneer de vrouwen een rondje om de pagoda voor de tempel hadden gelopen. Wij vervolgden onze reis om aan te komen op het Durbar plein.

Hier viel de Krishna Mandir meteen op. Het hoge, grijze gevaarte was vierkant en bestond uit drie verdiepingen. Elke verdieping had verschillende bogen waarin Nepalezen in traditionele kledij stonden te zingen. De kleuren van deze kledij gaven de tempel daardoor juist zijn klasse. Voor de tempel stond een pilaar met daarop een gouden beeld en ook uit deze tempel kwamen er vrouwen met vuurkommen gelopen die de kommen onder pilaar neerzetten. Naar binnen mochten we helaas niet, dat was enkel aan gelovige Hindoes besteed.

Nadat we even kort op het plein hadden rondgekeken doken we het museum van het plein in. Hier stonden meerdere beelden van zowel het boedhhisme als het hindoeïsme tentoongesteld. Het mooie hier was dat er een gedetailleerde uitleg beschikbaar was over de interpertatie van deze beelden, hierdoor ging het bij ons wat meer leven. Maar na een tijdje begonnen onze magen te knorren en wat beter als middagsnack dan kipnuggets, weer even iets wat variatie

Met verse energie gingen we het paleis in. Deze telde drie binnenplaatsen en de eerste, genaamd Mul Chowk, werd bewaakt door twee gouden beelden van Indische riviergoden naast een gouden poort. Eén van hen stond op een beest wat een mythische kruising was tussen een olifant en een krokodil.

Sundari Chowk, de tweede binnenplaats was bijzonder veel indrukwekkender. Rondomheen waren er twee verdiepingen met enkele artifacten en restanten van muurschilderingen. Deze verdiepingen waren met prachtige houten kozijnen versierd en de binnenplaats zelf had in het midden een put versierd met allerlei stenen beeldjes van Hindoe-goden. Midden tussen deze beelden was een gouden tuit te zien en boven de put stonden twee grote stenen pilaren met hiertussen iets dat leek op een grote stenen offertafel. Toen we (zonder schoenen aan) over de verdiepingen rondliepen hadden we vanuit de kleine houten raampjes goed zicht op dit alles en we hebben best wat minuten voorbij laten gaan om alles goed in ons op te nemen (en om schattige foto's te maken vanuit de houten raampjes).

Het derde plein van het paleis was eigenlijk niet zoveel, wat aardbevingschade gemengd met een leeg meer en een onkruidverdelger die weer eens langs zou moeten komen. Dus we begonnen aan een wandeltochtje ten zuiden van het plein langs wederom tal van tempeltjes. Nu zo op dag drie is het eigenlijk wel weer zo'n beetje goed zo met al die tempels, maar dat nam niet weg dat we in een miniscuul zijstraatje nog een binnenplaatsje tegen kwamen met wederom een mooie collectie. Dwalend door steegjes waar we letterlijk geen hand voor ogen konden zien kwamen we uiteindelijk weer uit in bewoonde straten en terug bij Darbur square. We vonden hier een cafeetje op de eerste verdieping met uitzicht op het plein waar we in kleermakerszit op kussentjes genoten van een kopje thee en een chatamari. Dat laatste is eigenlijk gewoon een pannenkoek met daarop pittige kip, wat het eigenlijk een soort van pizza maakt.

Na dit lange dagje hadden we een taxi terug, om erachter te komen dat het Kathmandu de hele dag flink geregend had. Wat een geluk hebben wij gehad. We namen nog even de tijd om te puzzelen, te lezen en te schrijven in onze kamer waarna we voor 4 euro totaal weer volle magen kregen in een klein Nepalees restaurantje. Om de dag af te sluiten moesten onze backpacks weer ingepakt worden want het was morgen tijd voor een nieuwe stad! Natuurlijk zouden we nog terugkomen in Kathmandu, al is het maar om onze vlucht te halen. Waar de reis ons nu weer bracht lees je in de volgende, namaste!

  • 25 Juli 2018 - 10:49

    Buuf:

    Wat een avontuur en dat in 1 dag .geniet van verdere avonturen en van elkaar .knuffel buuf

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jirry

Actief sinds 04 Jan. 2013
Verslag gelezen: 529
Totaal aantal bezoekers 164791

Voorgaande reizen:

11 Juli 2023 - 16 Augustus 2023

Huwelijksreis

01 Juli 2021 - 31 Mei 2023

Duikvakanties

23 Juli 2022 - 13 Augustus 2022

Cambodja 2022

01 Augustus 2021 - 20 Augustus 2021

Backpacken door Griekenland

15 Juli 2020 - 24 Juli 2020

Kasteeltjestour 2020

20 Juli 2019 - 14 Augustus 2019

Roadtrip door voormalig Joegoslavië

18 Juli 2018 - 04 Augustus 2018

Backpacken met m'n lief: Nepal

19 Mei 2018 - 14 Juni 2018

Amerika reis met paps en mams

12 Oktober 2016 - 24 December 2016

The Epic Jirry Journey

23 Juni 2014 - 25 September 2014

Stella reisjes

11 Juli 2014 - 20 Juli 2014

Leipe trips

03 Januari 2014 - 12 Januari 2014

Skivakanties

20 Augustus 2013 - 02 December 2013

Australië en meer

04 Januari 2013 - 26 Maart 2013

Stage in Florianopolis, Brazilië

Landen bezocht: