Update 8: Geschiedenisles in Sarajevo - Reisverslag uit Sarajevo, Bosnië en Herzegovina van Jirry Pons - WaarBenJij.nu Update 8: Geschiedenisles in Sarajevo - Reisverslag uit Sarajevo, Bosnië en Herzegovina van Jirry Pons - WaarBenJij.nu

Update 8: Geschiedenisles in Sarajevo

Door: Jirry

Blijf op de hoogte en volg Jirry

02 Augustus 2019 | Bosnië en Herzegovina, Sarajevo

Het was alweer 2 augustus toen we wakker werden in Sarajevo. Mijn reisverslag aantekeningen voor deze dag zijn letterlijk een A4’tje lang. Het schrijven van dit hoofdstuk (zo kan ik het denk ik gerust noemen), heb ik tot het laatst bewaard. Gewoon, zodat ik er even goed de tijd voor kon nemen. Het is wel een behoorlijke oorlogsgeschiedenisles te noemen. Mocht je daar dus geen behoefte aan hebben, scroll gerust door naar de laatste drie alinea’s.

We zouden om negen uur opgehaald worden voor onze tour over de belegering van de stad tijdens de burgeroorlog. Iets over negenen stond volgens Sandra een Porsche voor de deur die ons in stijl ging begeleiden. Het bleek een Skoda te zijn. Boven de nummerplaat van de auto stond inderdaad het bewijs dat de auto in de “Sarajevo Porsche“ garage was aangekocht. Dit nam echter niet weg dat we in stijl begeleid zouden gaan worden.

In de auto zat Skender, eigenaar van het bedrijf waar we de tour geboekt hadden. Hij gaf zelf nog nauwelijks tours (alleen als het echt druk is), maar is er vroeger in zijn eentje mee begonnen. We zouden die dag een privé tour van hem krijgen. Zo hadden we dus flink geboft dankzij het vasthouden aan het vroege tijdstip. Skender was zelf zes jaar oud toen de belegering van Sarajevo begon. Hij leefde daar in de kelder van zijn huis en kwam eigenlijk voornamelijk in de winter buiten om hout te gaan hakken. Zijn vader en oom zaten in het verzet, dat uiteindelijk het Bosnische leger zou worden.

De rit voelde al snel aan als een college oorlogshistorie (Skender bleek overigens ook gastcolleges gegeven te hebben aan de universiteit van Nijmegen). We vonden het werkelijk waar jammer, dat we geen notitieblokken bij ons hadden. Skender begon zijn uitleg bij het Joegoslavië onder Tito, waar we ondertussen al het een en ander van meegekregen hadden. Zijn verhaal ging met een behoorlijk rap tempo en was tegelijkertijd behoorlijk gedetailleerd. Wanneer we langs een bezienswaardig iets reden, pauzeerde hij de rode lijn van het verhaal even. Terwijl we doorreden, vertelde hij iets over de bezienswaardigheid, om vervolgens weer verder te gaan met zijn geschiedenisles.

Na het overlijden van Tito beschreef onze gids het uiteenvallen van Joegoslavië. Het was als eerste Slovenië die haar onafhankelijkheid uitriep. Deze afscheidingsdrang werd vooral veroorzaakt door hoe de Serven steeds meer (te veel) macht kregen binnen Joegoslavië. De onafhankelijkheid was grondwettelijk bereikt, door middel van een referendum. Toch volgde er een korte oorlog van tien dagen. Het Joegoslavische leger gaf de strijd echter snel op (onder internationale druk), maar kon zich daarna richting Kroatië keren. Hier was ook een referendum gehouden en werd de onafhankelijkheid uitgeroepen. In Bosnië was de situatie een stuk complexer. Bosnië telt namelijk meerdere etnische groepen: Bosniakken (kort door de bocht gezegd Bosniërs met een Islamitische achtergrond), Bosnische Serven en Bosnische Kroaten. Deze riepen elk hun onafhankelijkheid van de deelrepubliek uit, te beginnen met de Serven.

De eerste stop van de tour zou het Holiday Hotel worden. Onderweg was een van de bezienswaardigheden een grote markt. Hier was in 1994 een bloedbad aangericht door een Servisch bombardement. Skender wees ons ook op de vele huizen met kogelgaten. Sommige huizen hadden raamkozijnen die dicht gebouwd waren met stenen, omdat de ruiten nooit hersteld zijn. Dit was allemaal echt pal in het centrum van de stad.

Bij het Holiday Hotel parkeerde Skender en zette hij zijn verhaal voort buiten de auto, in het zonnetje. Het hotel waar we voor stonden was tijdens de oorlog een veilige zone van de V.N.. Er verbleven voornamelijk journalisten en diplomaten, die allemaal aan de noordkant van het hotel sliepen. Richting het zuiden liep namelijk een rivier, welke letterlijk de frontlinie was. Bombardementen konden de zuidkant van het hotel dus eenvoudig treffen. Voor het hotel liep een brede straat, welke ten tijden van de oorlog “Sniper alley” genoemd werd. De Servische scherpschutters en tanks waren namelijk in de zuidelijk gelegen bergen opgesteld, met goed zicht op deze onbeschutte straat. Zo richting deze bergen kijkend, konden we ons de kwetsbaarheid van de inwoners van Sarajevo heel goed voorstellen. Zeker door de manier waarop Skender het allemaal vertelde.

Onderweg naar het vliegveld werd de auto weer aan de kant gezet. Met uitzicht op dit vliegveld, vertelde Skender hoe de belegering van Sarajevo begon. Het Joegoslavische leger (voornamelijk bestaande uit Serven) werd namelijk ingezet om Sarajevo “te beschermen” tegen de Kroaten, die net hun onafhankelijkheid uitgeroepen hadden. Rondom de stad werden allerlei tactische posities ingenomen. Tito had in zijn tijd overal door het land wapens opgeslagen voor het geval er een oorlog zou uitbreken. Het Joegoslavische leger haalden deze wapens op onder het mom van bescherming van Sarajevo. Nooit hadden de burgers bedacht, dat deze wapens tegen ze gebruikt zouden gaan worden. Mede dankzij de sterke propaganda. De Serven (naast het Joegoslavische leger ook Bosnische Serven die milities hadden gevormd) hadden de stad vrij snel omsingeld en dachten deze binnen vijftien dagen wel in te nemen. Maar per wijk ontstonden er verzetsgroepen die uiteindelijk het Bosnische leger zouden vormen. Dankzij dit verzet in de geïsoleerde stad, werden de vijftien dagen geen realiteit. Het werd een belegering van enkele jaren, zonder succes.

Het vliegveld waar we op uitkeken, bracht een baken van hoop. De Serven stonden dit gebied namelijk onder druk af aan de V.N., zodat zij humanitaire hulp konden bieden. Dit creëerde ook een deuk in de omsingeling van de Serven, het brak de cirkel open. De V.N. mocht echter niemand het vliegveld laten passeren. Omdat de bevolking van Sarajevo toch echt voorraden nodig had, renden men langs het vliegveld om uit de stad te komen. Zo’n tocht kon gerust een hele dag in beslag nemen, alleen met weinig dekking voor de Servische scherpschutters. Als oplossing hiervoor begon het Bosnische leger in 1993 met het graven van een tunnel van achthonderd meter lang, onder het vliegveld door. Vanuit beide kanten van het vliegveld werd gegraven om het proces te versnellen, terwijl de V.N. zeer waarschijnlijk een oogje dichtkneep.

Ondertussen stonden we met Skender aan de zuidkant van ditzelfde vliegveld. Voor ons stond een klein huisje waarvan de gevel vol zat met kogelgaten. Althans, het leken ons kogelgaten, maar in werkelijkheid waren deze gaten ontstaan door granaatscherven. De tunnel was gegraven in de achtertuin van dit huisje, wat nu het tunnel museum was. Naast de entree was een roos van Sarajevo op de grond geschilderd. Deze zijn op verschillende plekken van bombardementen aangebracht, bijvoorbeeld bij de markt die Skender in de vroeg ochtend nog aangewezen had. In het museum vertelde Skender over hoe de Serven in de omringende berggebieden van deur tot deur gingen. Ze hadden informatie van de lokale Server nodig om te weten wie hun vijand was. Religie en etniciteit kun je immers niet altijd van de buitenkant zien.

Ook vertelde Skender over Srebrenica, ons Nederlanders natuurlijk wel bekend. Twintigduizend Servische soldaten klopten aan bij een kamp van slechts driehonderd Nederlandse Dutchbats. Welke zich vervolgens overgaven. Niet onbegrijpelijk natuurlijk, maar het zette wel de deur open voor een grote genocide. Een goede vriend van Skender was één van de nabestaande van Srebrenica, die momenteel de Nederlandse regering aan het aanklagen is.

Gedurende dit verhaal kwamen we een ander groepje tegen dat op tour was met Skenders bedrijf. Zij gingen net het museum uit, terwijl nog niet lang binnen waren. Dit gaf al een beetje aan, dat het een en ander uitliep. In het museum was het begin van de tunnel gerestaureerd. Sandra en ik gingen naar binnen, waardoor Skender even wat telefoontjes kon plegen om zijn bedrijf tussendoor te runnen. De tunnel was maar een krappe meter breed en één meter zestig hoog, dus we moesten een beetje bukken. Tijdens de burgeroorlog werkte de tunnel dan ook maar één kant op, zo krap was het. Burgers mochten in de oorlog ook gebruikmaken van de tunnel, maar hun goederen werden streng gecontroleerd en het leger kreeg altijd prioriteit. Er liepen leidingen en kabels door de tunnel voor benzine en elektriciteit. Zo werd Sarajevo gered.

Onze tocht werd vervolgd door de bergen in te rijden. We vervolgden te voet een asfaltweg naar een uitzichtpunt. Skender wees ons op de rupsbandsporen die nog te zien waren op de zijkanten van de weg. Eenmaal boven, keken we neer op Sarajevo. Onze gids liet ons zien op welke bergtoppen de Serven hun posities hadden ingenomen. Wanneer je dit zo zag, snapte je volkomen dat ze gedacht hadden om de stad in slechts twee weken in te nemen. Zo erg hadden ze het voordeel.

Bij het bergstation van een heuze gondellift hadden we een tweede uitzichtpunt. Deze gondel was gebouwd voor de Olympische spelen van 1984. In de burgeroorlog was deze verwoest, maar zessentwintig later herbouwd. Dit duurde voornamelijk zo lang omdat de wegen in de bergen flink verwoest waren. Ook lagen er nog voldoende landmijnen. Er was overigens geen skipiste te bekennen, maar het schijnt dat je elders in Bosnië best goed kan skiën. De skipassen waren in ieder geval flink goedkoper dan in Oostenrijk, mochten we van Skender geloven.

Vervolgens gingen we (alleen Sandra en ik) via de Olympische bobslee baan naar beneden. Althans, we konden te voet naar beneden door de restanten ervan. De baan was bezaaid met indrukwekkende graffiti, vaak gerelateerd aan de oorlog maar vooral aan hoe liefde en eenheid uiteindelijk het verschil maken. Onderaan de baan was Skender zelf foto’s aan het maken van de graffiti en het omliggende dennenbos. De volgende stop was de restanten van een restaurant (ooit zeer populair, nu een ruïne). Precies hier liep de frontlinie. We kwamen er twee loslopende paarden tegen, waarvan eentje ons scherp in de gaten hield, maar we lieten elkaar natuurlijk gewoon met rust.

Weer in de auto begon het verhaal over het einde van de oorlog. In 1995 zorgden de val van Srebrenica en het bombardement op de markt in Sarajevo voor meer internationale druk. De Verenigde Staten begon zich meer met het Europese conflict te bemoeien. Dit was altijd gevoelig, want de Bosniakken werden afgeschilderd als fundamentalisten. De NAVO begon met bombardementen gericht op strategische Servische posities. Vaak met weinig doden en het Bosnische leger mocht er niet van profiteren in hun strijd. Het bracht de gevechten wel binnen twee weken tot een einde.

Dit was het einde van de fysieke oorlog in Bosnië, maar de economische en politieke oorlog is nog steeds gaande. Het verdrag van Dayton werd eind 1995 getekend door de Republiek Bosnië & Herzegovina, de Republiek Kroatië en de Federale Republiek Joegoslavië (nog altijd onder leiding van Milošević, maar enkel bestaande uit de republieken Servië en Montenegro). Zo ontstond een verdeling van Bosnië en een nieuw politiek systeem (uit de koker van de Amerikanen, zoals Skender aanvulde). Bosnië & Herzegovina werd verdeeld in de Federatie van Bosnië en Herzegovina (51% van het land) en de Servische Republiek (Srpska genoemd, 49% van het land). Het land kreeg drie presidenten (voor elke etnische groep), die om en om hun termijnen hadden. Momenteel zijn er maar liefst tweehonderdtwintig politieke partijen in het land. Het huidige politieke systeem zorgt er ook voor dat er weinig van de grond komt. Wanneer de regerende partij iets wilt opzetten, wordt dit al snel geblokkeerd door de andere etnische partijen die kort daarna aan de beurt zijn.

Wat Skender (ook wel begrijpelijk) niet vond kloppen aan dit systeem, is dat er maar 10% van de bevolking Kroatisch is, terwijl ze wel 33% van het zeggenschap over het land hebben. Over Kroaten tijdens de Bosnische burgeroorlog had Skender weinig goeds te zeggen. Initieel hadden de Bosniakken vrede met Kroatië, maar dit veranderde gedurende het conflict. Er zijn zelfs geruchten dat Servië en Kroatië samen hebben gespannen om Bosnië onder elkaar te verdelen. Dit deed ons ook denken aan wat we in dat museum in Mostar hadden gezien, over de gruweldaden van voornamelijk Servische maar ook Kroatische milities.

Eigenlijk is de verdeling van Bosnië & Herzegovina maar een cru iets. In de gebieden die nu de Servische republiek vormen, wonen inderdaad voornamelijk Bosnische Serven. Deze gebieden zijn echter wel etnisch gezuiverd door de Servische oorlogsmachine. Het laat zien hoe complex de situatie in Bosnië is. Het laatste conflict in de regio begon in 1998, toen Milošević Kosovo binnen viel. De NAVO riep dit een halt toe met bombardementen op Servië. Dit was het einde van Milošević zijn populariteit. Het Joegoslavië tribunaal, deed de rest.

Zo, tot dusver de geschiedenisles. Vanuit de bergen reden we naar een Joodse begraafplaats. Dit was de grootste Joodse begraafplaats qua oppervlakte en de op een na grootste qua aantal graven. De grafstenen waren vanuit allerlei verschillende tijdperken en stijlen, van Spaans tot Ottomaans. Vanaf de begraafplaats hadden we goed zicht op sniper alley, waar we die ochtend begonnen waren. Zo met perfect zicht op diverse kruispunten, konden we ons nogmaals voorstellen hoe mensen simpelweg niet over straat konden gaan. Wij konden ze al goed zien lopen, laat staan door het vizier van een sluipschuttersgeweer.

Tot slot bracht Skender ons nog naar een oud, Oostenrijks bastion. We liepen hier enkele minuten rond waarna Skender zei dat we hier nog een keertje op ons gemak terug kunnen komen. De tour was namelijk dankzij zijn gepassioneerde vertelkunsten en onze diepgaande interesse flink uitgelopen. Het zou duren van negen tot één uur, maar het was nu al na drieën zelfs. We lieten hem achter met een royale fooi en hij ons met een hoop verhalen en nog wat tips voor lunch en avondeten.

Voor onze late lunch raadde Skender ons cevapcici aan. Dit zijn de worstjes die we al sinds Ljubljana herhaaldelijk gegeten hebben. Alweer dacht ik? Maar we hadden nog geen cevapcici gegeten, als we deze niet gegeten hadden in dat ene tentje in Sarajevo. En verrek, hij had gelijk! Na nog even door het oude Sarajevo gelopen te hebben, gingen we koken in ons eigen appartement en sloten we de avond af op een terrasje. Op onze terugweg naar een appartement stuitten we op een soort mini festival. We stonden hier aan statafels (dit is typisch Balkan stappen) te luisteren naar Slavische zang waar hard op meegezongen werd.

Toen er een hoosbui van jewelste uitbarstte, konden we onder een overkapping staan. Maar eigenlijk ook geen kant op. Dan nog maar een drankje, want de muziek ging natuurlijk gewoon door. Op een gegeven moment zetten we het toch maar op een rennen door de regen. Bij ons appartement pakte ik er nog een whisky’tje bij om te gaan skypen voor Joshwin zijn verjaardag, waar ik niet fysiek bij kon zijn. Natuurlijk won ik ook dit keer de quiz die hij elk jaar maakt. Nog steeds ongeslagen.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Jirry

Actief sinds 04 Jan. 2013
Verslag gelezen: 357
Totaal aantal bezoekers 164841

Voorgaande reizen:

11 Juli 2023 - 16 Augustus 2023

Huwelijksreis

01 Juli 2021 - 31 Mei 2023

Duikvakanties

23 Juli 2022 - 13 Augustus 2022

Cambodja 2022

01 Augustus 2021 - 20 Augustus 2021

Backpacken door Griekenland

15 Juli 2020 - 24 Juli 2020

Kasteeltjestour 2020

20 Juli 2019 - 14 Augustus 2019

Roadtrip door voormalig Joegoslavië

18 Juli 2018 - 04 Augustus 2018

Backpacken met m'n lief: Nepal

19 Mei 2018 - 14 Juni 2018

Amerika reis met paps en mams

12 Oktober 2016 - 24 December 2016

The Epic Jirry Journey

23 Juni 2014 - 25 September 2014

Stella reisjes

11 Juli 2014 - 20 Juli 2014

Leipe trips

03 Januari 2014 - 12 Januari 2014

Skivakanties

20 Augustus 2013 - 02 December 2013

Australië en meer

04 Januari 2013 - 26 Maart 2013

Stage in Florianopolis, Brazilië

Landen bezocht: